S. van der Hulst-Wiranda Voorhout winnaars Criterium der Azen (middaglossing)
Naast het houden van postduiven, het kweken van supers en de wedstrijden die je met hen doet, zijn de contacten met gelijkgestemden ook een prettige bijkomstigheid van onze mooie hobby. Zodoende is het voor Paul vd Boogaard en ondergetekende altijd iets waar we naar uitkijken. Deze keer zijn we op bezoek geweest bij Sjors en Sandra van der Hulst.
Bij het winnen van het Criterium de Azen tellen bij S.M.N. beide getekende duiven op alle drie de nationale vluchten. Het is deze combinatie als enige gelukt op alle drie de vluchten hun beide getekende duiven in de prijzen te draaien. Deze prijs wordt, ondanks dat zij de enige ware, dit jaar ook nog aan een andere liefhebber toegekend. Het is Coen Brugman uit Luttelgeest die de vervelende ervaring heeft opgedaan om zijn tweede getekende duif niet in de wedstrijd heeft te zien deelnemen. Hij had deze ingekorfd voor St. Vincent maar deze, samen met een aantal andere duiven, zijn nooit in St. Vincent geweest. De mand is blijven staan. Elders in ons kampioenenboek en op de site meer hierover.
De combinatie
Sjors, bloemenkweker van beroep, en Sandra zijn elf jaar geleden overgestapt van sierduiven op postduiven. Normaal gesproken vraag ik de liefhebber naar zijn leeftijd. Maar met mijn opvoeding vraag je nooit een dame naar haar leeftijd, dus heb ik het van beide maar niet gedaan. Zij zijn gestart met duiven van Jan Selhorst en Henny Koelewijn. Jan Selhorst is helaas overleden maar Henny Koelewijn staat hen nog steeds met raad en daad bij. Daarnaast zijn er duiven van verschillende goedspelen liefhebbers uit de omgeving naar Voorhout gegaan. Sjors is een liefhebber die het liefst de middaglossingen doet, maar speelt ook ochtendlossingen en de ZLU. Hij is geen liefhebber die bij het opwachten van de duiven uren bij het hok kan blijven zitten. Na een half uur zitten heeft hij het al bekeken en gaat dan het liefst de kassen weer in. Deze man werkt gewoon zes dagen in de week en er is dus altijd wel wat te doen. Wat mij opvalt in het gesprek wat ik met voerde is dat Sandra net zo enthousiast over de duiven kan praten als dat Sjors dat doet.
In het coronajaar 2020 wist deze combinatie al beslag te leggen op de “Supercup” bij S.M.N..
Het kampioenschap
Zeker een vermelding waard is dat zij de enige waren die op alle drie de vluchten beide aangewezen duiven in de prijzen hebben weten te draaien. De duiven die voor hen dit kampioenschap hebben verdient zijn;
St. Vincent 16-1465493 (64) en 17-1213712 (154);
Dax 17-1213703 (95) en 19-1609902 (102);
Bergerac 16-1465463 (64) en 17-1213703 (218).
Twee duiven springen er hierbij uit. Deze gaan we bij u nader toelichten.
Als eerste is dat de 16-1465463.
Deze weduwnaar heeft een inteelt coëfficiënt van 13.35%. In alle voorouders kom je de namen Selhors/Koelewijn tegen. Aan vaders zijde is dat het “Goeje Koppeltje”. Zij zijn ook de ouders 13-663. Deze vloog een 31e nationaal op zware Tarbes ZLU 2015. Hij werd in het zelfde jaar ook 3e duifkampioen in de N.I.C..
Aan moederszijde komen we de duivin Kweekkoppel 2 tegen. Zij is ook de moeder van de 13-663. Deze weduwnaar vloog een 30 nat. St. Vincent ZLU. En werd ook in 2015, 2e duifkampioen in de N.I.C. en 23ste duifkampioen N.P.O..
Als tweede stel ik aan u voor de 17-1213703.
Deze gaat door het leven als “De Zwarte Dax”. Deze naam heeft hij gekregen omdat hij in 2019 een 12e nationaal Dax wist te winnen. Als vader heeft hij de11-407 van Henny Koelewijn. Hij vloog zelf in 2012 een 160e nat. Dax en in 2013 op de zeer zware Tarbes een 46e nationaal. De moeder van de 17-703 komt ook bij Henny vandaan. En hierin komen we de “Paarsborst”van Ko van Dommelen in de afstammeling tegen. Hoeveel kampioensduiven zijn hier niet uit voort gekomen? Maar ook de “Zwarte Pedro” van Pedro Ruigrok komen we tegen. Prachtig om dit soort duiven op je hok te hebben zitten.
De volgende in het oog springende prestaties vallen in 2021 op.
Marathon noord: 1e criterium der azen
5e supercup
Afdeling 5 (ZH): 7e onaangewezen, 3e aangewezen
SNZH: kampioenschap keizer 4e
kampioenschap aangewezen 4e
kampioenschap onaangewezen 13e
Op Dax hadden zij de 1e als 1e en de 2e als 2e goed op de lijst ingevuld. Ik bedoel maar, heb je er verstand van of niet?
De accommodatie
In de tuin staan vier hokken. Eén van 12 meter, één van 8 meter en twee van 4 meter. Deze worden bevolkt door 40 weduwnaar (weduwduivinnen worden niet gespeeld) en 15 nestkoppels. Hier gaan zowel de doffer als ook de duivin mee de mand in. De duiven worden, voordat ze aan het grotere werk beginnen, ingespeeld op de vitesse- en op midfondvluchten. De weduwnaars gaan zelden op de dagfond mee. De filosofie hierachter is om de duiven niet te veel energie hierop te laten verspelen. Dit in tegenstelling van de nestduiven, deze gaan wel mee op de dagfondvluchten en zijn vaak jaarlingen.
Het kweken van een 50 jonge duiven laten ze Henny Koelewijn over. Bij hem zitten dus ook de kwekers. Zelf koppelen ze in april en laten de duiven dan overbroeden. Hierna gaan ze op weduwschap en moeten zij zich gaan bewijzen. Een filosofie van Sjors is, leer de duiven overnachten. En geef hen de kans om zich te bewijzen. In het spel wat wij spelen moet je geduld weten te betrachten. Dus geef de jaarlingen ook het jaar erop nog de kans, vooral als ze uit goede ouders komen.
Tot slot
Prettig is het om te constateren dat er nog duivenmelkers zijn die toekomst in de duivensport zien. Want op mijn vraag, “hoe zien jullie in de toekomst de duivensport” was gelijk het antwoord, positief. Binnen onze vereniging zie ik ook jonge duivenmelkers zich aanmelden. Er zullen waarschijnlijk meerdere verenigingen bij elkaar gaan kruipen, zoals misschien een vereniging “De Bollenstreek”, maar duivenmelkers zullen altijd blijven bestaan.
Verder is ook een uitspraak van Sjors, gun elkaar wat. Ik hoef zelf ook niet altijd de eerste op de uitslag te zijn. Natuurlijk wil ik ook een mooie uitslag maken, maar laat een ieder ook maar een mooie kopprijs pakken. Dat motiveert en zo blijf men langer bij de duivensport betrokken.
Auteur
Pieter Vreeling